Seafort - Portsmouth: hoge nood en spitsbeperkingen in Brighton
 
 

Na wat veldwerk voor een fietsgids gedaan te hebben, beland ik in Seaford. Per trein wil ik verder reizen naar Portsmouth, om de ochtendboot naar Cherbourg te halen, die ik voor de volgende dag heb geboekt. Op het enige perron van Seaford - dat overigens platform 2 heet - kondigt een display de eerstvolgende trein aan met de toevoeging This train has no toilet facilities. Dat is vervelend, omdat ik een uur geleden een pot thee heb gedronken in de Litlington Tea Gardens (een bijna 150 jaar oud prachtstaaltje van vergane glorie met scheefgezakte theehuisjes, krakkemikkige picknickbanken en lekkende theepotten).

 
 

Die thee begint nu enig fysiek ongemak te veroorzaken. Als ik niet kan plassen in de trein, zal ik het hier op het station moeten doen. (Overigens ben ik allang blij, dat het ontbreken van een treintoilet hier wordt aangekondigd: de NS doet dat echt niet voor de vele wc-loze sprinters!)
Helaas is de deur van het stationstoilet op slot. Voor de sleutel verwijst een bordje naar het stationspersoneel. Ik loop een rondje om het station, maar kom hier geen levende ziel tegen. Het station is minstens zo oud als de Litlington Tea Gardens en wekt de indruk dat het personeel hier al tijdens het regime van Margaret Thatcher is wegbezuinigd. Blijkbaar is zij er niet meer aan toegekomen om de spoorlijn met een laag asfalt te bedekken.
Bij gebrek aan betere opties loop ik nu maar naar het eind van het lange perron, waar ik met een intens gevoel van opluchting mijn blaas leeg boven de struiken naast het spoor.

Rond 17 uur arriveer ik in Brighton, het eindpunt van deze boemeltrein. Tegen de tijd dat ik het perron heb gevonden waar de eerstvolgende trein naar Portsmouth vertrekt, kan ik deze nog net weg zien rijden. Dan word ik voor de tweede keer herinnerd aan mijn verblijf in de Litlington Tea Gardens en ga ik wederom op zoek naar een toilet. Dat bevindt zich hier in de stationshal aan de andere kant van de incheckpoortjes. Dus check ik even uit en voltooi ik zo snel mogelijk de volgende handelingen: fiets op slot - stuurtas pakken - sprintje naar de wc - plassen - sprintje terug naar de fiets.
Terug bij de incheckpoortjes word ik tegengehouden met de norse mededeling dat fietsen hier pas na de avondspits weer in de trein mogen. Ook andere fietsers worden resoluut geweerd. Regel is regel! Kinderwagens en vouwfietsen worden doorgelaten, maar een bepakte fiets is hier kansloos. Dat betekent dat ik hier pas na 19 uur weer een trein kan nemen en in het donker door Portsmouth zal moeten fietsen. Dat is balen, want de trein uit Portsmouth is net binnengekomen om over een kwartier weer terug te rijden naar die stad. Als het stationspersoneel in Brighton net zo was uitgerangeerd als in Seaford, had ik zo in de trein
kunnen stappen, die ik nu leeg zie stromen.

Ik geef het niet meteen op en besluit om naar het station van Hove te fietsen, enkele kilometers hiervandaan, in de hoop dat daar geen bewaakte incheckpoortjes zijn. Die blijken er wel degelijk te zijn. Met de moed der wanhoop loop ik er heen, verwachtend dat mijn fiets ook hier niet doorgelaten zal worden. Een vriendelijke dame in uniform ziet me aankomen en zet tot mijn grote verbazing een van de poortjes glimlachend voor me open. Na een paar minuten komt de trein naar Portsmouth er al aan: dezelfde trein die ik in Brighton niet kon bereiken. Helaas is die nu bomvol. Zodra de deuren opengaan, geef ik mezelf geen schijn van kans om daar met mijn fiets in te komen.
De conducteur van deze trein denkt daar echter anders over. Hij wenkt me om in te stappen en maant andere treinreizigers een stukje opzij te gaan. "Zet je fiets maar tegen de rechterdeur, want die blijft de hele rit toch dicht; op alle stations wordt hier links uitgestapt", zegt hij. Zelden ben ik zo blij geweest met een staplaats!

Ik sta slechts enkele meters van de officiële fietsplek. Daar zit nu een man op een klapstoeltje, tegenover een vrouw in een rolstoel, die bij hem lijkt te horen. Daarnaast is de wc, maar die heb ik niet meer nodig: het Litlington-Tea-Gardens-effect is uitgewerkt.
Ik overweeg geen moment om de plek bij het klapstoeltje te claimen. De man die daar nu zit, lijkt me sowieso moeilijk verplaatsbaar. Ik schat zijn gewicht hoger dan dat van mijzelf plus fiets plus bepakking en zijn lichaamstaal is overduidelijk: "I am here to stay". Ik tel mijn zegeningen en bereik nog voor donker station Portsmouth Harbour.

 

(Dit reisverslag heeft eerder op het wereldfietserforum gestaan)